zelf reflecterend ©
gastenboek
|
uittredingen
Deze pagina gaat over het verschijsel
uittreden. In combinatie met enkele verslagen van zelf beleefde uittredingen wijd ik o.a. uit
over zaken die nauw met het thema verbonden zijn.
Mijn allereerste uittreding.
Hoe je een uittreding het beste kon bewerkstelligen wist ik toen niet, maar het terrein tussen
waken en slapen in moest de meeste kans van slagen bieden. Ik had me die avond voorgenomen per
sé niet in slaap te vallen, niet eerder dan wanneer mijn experiment gelukt zou zijn…
De onderneming werd reeds een hachelijke bedoeling toen ik me al spoedig realiseerde dat ik
toch, zeg maar in het begin van het wegdommelen, de toegang zou moeten vinden. Dat begin van
het wegdommelen bereikte ik wel na zo’n één of twee uur wachten, maar zodra ik het waarnam steeg
van spanning mijn aandacht zozeer dat ik natuurlijk weer klaarwakker werd. Toch was de redenatie
lang niet slecht aangezien de slaapkracht naarmate de tijd verstreek steeds intenser de waakkracht
te lijf zou gaan. Ik hoefde er alleen maar scherp op geconcentreerd te blijven het begin van het
droomdommelen waar te nemen. Misschien dat na nog wat van die grensgevallen met momenten van
opwinding ik zo vermoeid zou raken dat die opwinding er wel vanaf zou gaan. Gewoon stug blijven
opletten.
Niet dat het me opviel maar mijn hoofd gonzde langzamerhand van de slaap. Toen was er dat piepje
in mijn oor. Het was zo’n typisch fluittoontje dat volgens mij iedereen wel eens heeft en dat
doorgaans vanzelf langzaam wegebt. Misschien een beetje elektromagnetische hersenaktiviteit in de
buurt van de gehoorzenuw? Ik vergelijk het met bijvoorbeeld een plotselinge prikkende jeuk ergens
in het lijf. Het stelt niks voor en meestal sta je er ook helemaal niet bij stil. Dit keer was het
piepje voor mij een aanleiding om er iets mee te doen. Ik concentreerde me op het toontje en wilde
niet dat het zou wegsterven. Ik wilde het volgen en richtte al mijn aandacht erop. In plaats van
dat het zou verdwijnen zette ik er al mijn kracht op om het juist te laten verhevigen en tot mijn
eigen verrassing werkte het warempel! Het werd scherper en het was alsof er meer piep- of fluittonen
bijkwamen. Het kwam me al dadelijk voor dat dat gegons in mijn hoofd, dat me nu eigenlijk pas opviel,
van eenzelfde soort orde was als het gepiep.
Ik ervaarde een een druk aan mijn schedel bij mijn oor en bij mijn slaap en een soort
elektromagnetische storm begon zich aan deze helft van mijn hoofd te ontketenen. Het werd spannend.
Ik merkte dat ik met concentratie en wilskracht zoals ik dat op het gepiep deed de druk van de storm
kon intensiveren maar dat dat met pijn gepaard ging. Ook met angst. Het geluid van de storm zwelde
aan tot een zeer luid ruisen, piepen, fluiten en rinkelen van zeer vele bellen of wat het ook mocht
zijn. Het was alsof de overweldigende druk mijn hoofd uit elkaar zou doen spatten als ik me er totaal
aan zou overgeven, maar ook alsof mijn bewustzijn door de schedelwand heen getransporteerd zou worden.
Het was ook alsof mijn schedel kon imploderen. Ik was duidelijk tussen buiten en binnen aanbeland maar
werd nu zo bang dat ik niet meer verder durfde. Ik merkte namelijk dat de storm haast niet meer tegen
te houden was en hoewel de overgave aan deze kracht misschien de hele truuk zou zijn besloot ik het
zekere voor het onzekere te kiezen. Dit gedoe was me toch te heftig. Te pijnlijk ook. Misschien kon ik
nog wel wat meer pijn verdragen maar God weet waar het naartoe gegaan zou zijn als de energiebal z’n
weg gevonden had? Ietwat duizelig en natuurlijk nog opgewonden van zoveel sensatie bracht ik mezelf
weer terug tot mijn gewone zijnstoestand. Ik kalmeerde en overdacht niet ontevreden dat mijn experiment
nou ook weer niet helemaal mislukt was en dat ik misschien zelfs wel aan een wisse dood ontkomen was.
Het was de ochtend volgend op mijn half geslaagd experiment toen ik wakker werd. Het daglicht had
mijn zolderkamertje gevuld en zoals altijd plachtte ik eerst rechtop in mijn bed te gaan zitten om op
de wekker te kijken. Dat ding had ik voor de efficiëntie buiten armbereik op mijn burotafel neergezet.
Omdat de afstand tot het buro voor mijn bijziende ogen ietsje te ver was moest ik ze enigszins
toeknijpen om wijzers en wijzerplaat scherp in beeld te krijgen. BENG...!!! Wat er op dat moment
gebeurde kwam als een overdonderende schok die ik in kracht en intensiteit maar zelden meer zou
tegenkomen! De wekker waarop ik mijn focuste zag ik in minder dan de allerkleinste fractie van een
microseconde opeens ondersteboven aan de onderkant van het buroblad geplaatst… Volkomen geluidloos…
Alles was verder volkomen intact en normaal zoals altijd. Behalve dit. Ik had het niet meer. Ik raakte
op slag in een soort shock en verlamde. Wel begreep ik dat mijn experiment van de vorige avond een
gevolg had gekregen en alsnog voor de volle 100% geslaagd was.
Zonder het goed en wel te beseffen was ik in mijn astrale lichaam overeind gaan zitten en in een
parallele werkelijkheid beland! Nu zweefde ik nog als een verlamde houten plank zachtjes door mijn
fysieke lichaam en bed heen langzaam afdalend tot op de vloer en zelfs daar weer doorheen. Ter hoogte
ven het grauwe plafond van de onderburen bedacht ik me dat ik deze inbreuk op hun privéleven echt niet
kon maken, hetgeen me als vanzelf weer omhoog bracht. Ondertussen herstelde ik al meer en meer van de
schok. De kalmte die ervoor in de plaats kwam bracht me terug in mijn gewone lichaam. Ik opende danook
weldra mijn gewone ogen en met een overweldigend gevoel van vreugde en trots wist ik dat ik dit keer
weer helemaal in de vertrouwde zogenaamde “echte” wereld terechtgekomen was.
Kijk naar je handen en ga.
In de tijd dat ik me verschanst had in het kraakpand "P 747" leerde ik er een Engelse jongen kennen, een zekere Neil K.,
die behalve de beginselen van karate mij op een gegeven moment een geestelijke techniek leerde die boeddhistische
monniken zouden gebruiken. Het kwam erop neer in de droom naar je handen te kijken en te gaan...
Een soort aha-belevenis maakte zich van mij meester. Dit was het! Ik kon de bijzondere waarde ervan feilloos
aanvoelen.
Uittreden kon ik toen nog niet maar toen ik het wel kon wist ik dat deze toverspreuk van groot belang
zou zijn. Een uittreding is dan wel geen droom maar de techniek zou er zonder problemen op los gelaten kunnen worden.
Op één van mijn astrale reizen probeerde ik dit dus uit en hoewel de sensatie misschien het beste als extatisch kan
worden bestempeld, weet ik werkelijk niet hoe ik één en ander verder zou moeten omschrijven. Ik realiseerde, en hoe!
Het werd opstijgen in verrukking, in onnoemelijke vreugde, in overdonderend geluk! Het was pure kracht van bewustzijn,
weten, beseffen, doordrongen zijn van het bestaan, het eigen bestaan en de eeuwigheid aan je voeten...
Heel komisch en tegelijk frustrerend was dat vrijwel alle pogingen om dit in latere uittredingen
weer opnieuw te doen mislukten. Hoe ik ook mijn best deed om naar mijn handen te kijken, ik vond ze niet. Het geeft te
denken over twee belangrijke aspekten van het uittreden. Ten eerste de "vastheid" van het astrale lichaam. Ten tweede
de verborgen intelligentie of sturende invloed die ik als regel ondervond bij deze experimenten.
afb: bewustzijnstransport
Dit schilderij is gebaseerd op het idee van "astral planing". Dit houdt in dat men vanuit
het hemelse gebied wordt aangezet uit het lichaam te treden om aan bepaalde doeleinden gehoor te kunnen geven.
Wat zie ik als ik uittreed?
Als ik uittreed dan zie ik bedrog. Fopperij. Het
idiote is alleen dat ik meestal op het crusiale moment van gebeuren me daar niet bewust van ben. Daarom
moet ik altijd zo lachen als ik teruggekeerd ben in het fysieke.
Tja, hoe is dat als de elfen en ondynes, even aangenomen dat zij daar achter zitten dan, je kamer hebben
versierd met de prachtigste blauwe ballonnen en dieproze slingers terwijl een lieve stem je meedeelt dat
het is omdat je jarig bent? Vervult van een zalige blijdschap zweef je dan tussen die intense
kleurensurprise door met iets van; "hè, wat stom dat ik dat vergeten was dat ik vandaag jarig ben." Mijn
gevoel is blijkbaar het grote werktuig en nadat ik nog even het raam uit, me door een milde oktoberbries
heb laten meevoeren kom ik na de gebruikelijke bewuszijnsvervaging weer terug in het vlees en bloed.
Maar verhip! Het is oktober dus ben ik nog helemaal niet jarig!
Bezoek aan de maan.
Ook bijzonder komisch was het volgende avontuur. Met de fantastische belevenissen in het vooruitzicht die
het uittreden mogelijk maakt of mogelijk zou moeten maken althans, bedacht ik een keer de maan met een
bezoekje te vereren. Geniaal voornemen natuurlijk, dus zodra ik mijn aardse lichaam wist te verlaten schoot ik
met de snelheid van het licht door ruimte, een oogwenk natuurlijk om inderdaad op de maan te belanden. "Ha, heerlijk!
Dus dit is de maan", ging het in me om. Ik zag kraters, gesteente en stof tegen een heldere nachtelijke hemel.
Eigenlijk niet echt anders dan hoe ik het al kende van de beroemde foto's van het Apollo-project. Behoorlijk saai
en verlaten in feite. Toch, gelukkig was het toeval mij gunstig gezind want ik ontwaarde even verderop wel degelijk
één van de nasa-astronauten. Dat was dus wel effe mazzel hebben. Met een geraffineerd mengseltje van misprijzen en
medelijden naderde ik de stakker in zijn stralend witte high-tech harnas. Wat was de man eigenlijk aan het doen?
De maanwandelaar was net als ik blijkbaar in ongunstige zin getroffen door die dikke laag stof die zover het oog reikte
als een tapijt de maanbodem bedekte. Hij was dan ook ijverig aan het vegen geslagen, en wel met zo'n typische ouderwetse
heksenbezem die je de straatvegers nog wel ziet gebruiken. Om eerlijk te zijn was ik door de aanblik toch wel wat in
verwarring gebracht en bedacht me dat ik wel weer genoeg van de maan had gezien. De maan bleek toen de ruimte naast mijn
woonverblijf in het Emma-pakhuis aan de Amsterdamse Houthaven. Terug in mijn veilige bed en fysieke lichaam drong de
fantastische bechoocheling pas echt ten volle tot me door. Dat was lachen zoals ik het lang niet meer had gedaan.
Door de tunnel van incarnaties.
Eén van de krachtigste uittredingservaringen die ik ooit heb gehad was toen ik me realiseerde dat
nu ik eenmaal naar vrije keuze mijn lichaam kon verlaten, ik in staat zou moeten zijn om mijn eigen vorige
incarnaties op te zoeken. Een briljante gedachte leek mij zo. Hoe of wie ik ook geweest mocht zijn, het kon
me niet veel deren. Het experiment had ik nodig, vraag me niet waarom.
Het geschikte moment tussen waken en slapen was vrij spoedig gevonden. De druk in mijn hoofd was heftig toen
ik de sprong maakte. Als een raket schoot de bewustzijnsbol die ik op dat moment was door het astrale universum.
Ik heb dat wel vaker op deze manier beleefd. Vrijheidsdrang in combinatie met projectie van een locatie ergens
ver weg maakt dat je haast letterlijk als een komeet door de ruimte zoeft. Een onbeschrijfelijke sensatie mag
ik wel zeggen, maar om me tot het bewuste experiment te beperken, vloog ik in dit geval, als was het op commando,
met volle vaart in een soort tunnel van afwisselend zwarte en witte ringen. Ik was bijzonder gefascineerd en
opgewonden over de tot hiertoe succesvol verlopen onderneming toen het plotseling met een schok tot me doordrong dat
ik een eindeloos lijkende opeenvolging van leven- en doodsituaties was binnengegaan!
Het kon blijkbaar niet anders dan dat ik weer verlamde van de realisatie. Ook al was er gedurende de verlamming
nog wel even een moment waarop ik overwoog om me op één van de ringen af te stemmen, het lukte gewoon niet door
de ban van de ontzetting. Ik was niet tegen de situatie opgewassen en kwam als vanzelf weer terug in mijn fysieke
lichaam. Tja, daar lag ik dan weer klaar wakker en met mijn hart nog nabonkend van de ervaring...
Misschien moet je er Randell voor heten om met een dergelijk resultaat niet tevreden te zijn. Ik had me toch immers
voorgenomen een eerdere identiteit op te zoeken? Gefrustreerd door de gedachte dat ik toch een mooie kans heb laten
liggen vanwege die lastige opgewondenheid besluit ik mezelf in ieder geval nog wat rust te gunnen en opnieuw de
slaap op te zoeken. Mocht ik opnieuw een uittreding kunnen bewerkstelligen dan zou ik me dit keer echt niet laten
kisten door de heftigheid van mijn gemoed...
Ik lig dus in mijn fysieke lichaam op mijn zij in mijn warme bed. Mijn rechterhand ligt als zo vaak in deze houding
gewoon voor mijn ogen. Daar sla ik uiteraard geen acht op en doe mijn ogen dicht om in de dommeltoestand te belanden.
Wat het was dat me er toe bracht mijn ogen weer te openen valt moeilijk te zeggen. Ergens was ik waarschijnlijk nog
te intensief bezig met mijn experiment om echt de slaap te kunnen vatten. En toen; BOING...!!! (zoals de "BENG" in
mijn allereerste uittreding) Ik zie terwijl ik klaarwakker ben dus opnieuw mijn hand in dezelfde positie voor mijn
neus liggen, alleen deze "mijn" hand is veel donkerder van tinten lijkt wel van was! "Ik ben in een ander lichaam",
schiet het door me heen! Ik kan het niet helpen als ik in herhalingen verval, maar hup, de verlamming sloeg
natuurlijk alweer toe... Dit was namelijk ook "ik", en wel mijn aller-, allereerste "ik"!
Als ik me soms machtig voel dan is het om dit soort ervaringen.
En toch is dit allemaal slechts een begin.
|