zelf reflecterend ©
gastenboek
|
scheppingsvisioen
Visioen van de eerste drie-eenheid
(April 2006)
Er is duisternis, het heelal kent geen sterren. Ik zie een bel van licht dat wordt gehouden door de
hand van de duisternis. Dit eerste en enige licht is zowel gasvormig als vochtig. Het is zowel
lucht als water. Het is zowel droog als vochtig. Er is nog geen tijd, geen ruimte, geen materie.
In het heldere licht is beweging. Het licht is overwegend wit, toch zijn er subtiele kleuren en
een duidelijk goudgeel licht binnen in het witte licht. Aan de vingers van de duistere hand ontwaar
ik smalle rode lichtlijnen.
De meest directe aanleiding die deze waarneming waarschijnlijk mogelijk maakte is gelegen in de
bestudering van Blavatsky’s Geheime Leer, (deel II) waar het gaat over Sevekh. De ontdekking kort
tevoren dat Kepher als de moeder van Sevekh mag worden beschouwd gaf me reeds de kriebels gelet ook
op het verschijnen van die zeer bijzondere graancirkel in augustus vorig jaar. Een andere bijkomstige
aanleiding kan gelegen zijn in mijn persoonlijke leerproces met betrekking tot “tirannie”. Het licht
leert o.a. hoe ik mezelf onder de druk van het duistere element kan gedragen.
Qua beleving deed het visoen, ik zal maar zeggen "kosmisch" aan, alsof ik getuige was van een pril
beginstadium van onze fysieke kosmos. Pas later drong de absurditeit tot me door van de aanwezigheid
van de hand van duisternis die hier visueel werd uitgebeeld. Ik kan me niet voorstellen dat reeds
aan het begin van alle evolutie er een echt gevormde hand (van God) daar de eeuwige wateren bespeeld terwijl
niets anders dan potenties, niets dan pure energie, zich voordoet. De hand toont danook geen fysieke
werkelijkheid maar een metafysieke werkelijkheid. Het visioen draagt een symbolisch karakter. En toch
beweer ik dat dit één van de meest preciese en reeële beschrijvingen behelst van onze beginnende schepping.
|